Doneren

Dag 43 – Groet je niet-broeder

En als je alleen je broeders groet, wat doe je meer dan de anderen?
Doen ook de tollenaars niet zo?
(Mattheüs 5:47)

 

Een van de verschrikkelijkste dingen die op een zondagmorgen kunnen gebeuren in een kerk, is een genegeerde gast. Iedereen heeft het gezellig met z’n vaste kliekje, met de groep waar ze zich mee vereenzelvigen. Mensen die op hen lijken qua sociale status, leeftijd, cultuur. En dan komt er iemand op zoek naar God, misschien vet aangesproken door de preek, door wie Jezus is, maar die dan daarna hopeloos alleen z’n kopje koffie moet drinken, omdat niemand naar hem toekomt.

We hebben mensen zien komen die God die zondag de laatste kans gaven. Alles al geregeld om zelfmoord te plegen – maar één keer naar de kerk wilden. Gelukkig werden ze omringd door aandacht., en in plaats van de dood vonden ze eeuwig leven! Maar misschien hebben we ook wel mensen gemist, waar we het pas in de hemel van zullen weten. Daarom hebben we als cultuur in elke kerk altijd gebouwd: koffie (of ranja! of een rijsttafel!) na de dienst is niet voor jezelf, zeker het eerste kwartier: ga op zoek naar iemand die Jezus door jou heen nodig heeft!

Sowieso moeten Nederlanders veel meer leren gastvrij te zijn, thuis of buitenshuis. Gastvrijheid is een echt offer, het kost je je comfort, energie, doorbreken van je bubbeltje. Maar God beloont ook deze offers! Wie een van deze geringe mensen een beker koel water te drinken geeft alleen omdat het een leerling van Mij is, ik verzeker jullie: die zal zeker beloond worden (Mat. 10:42). Dus ‘vergeet de gastvrijheid niet’ (Hebr. 13:2), maar ‘leg je er op toe’ (Rom. 12:13), oftewel: word er een specialist in!

Jezus zegt ook dat we mensen in ons huis, in ons leven, moeten uitnodigen, waar we sociaal niks voor terugkrijgen:

Wanneer u een maaltijd aanbiedt of een feestmaal geeft, vraag dan niet uw vrienden, broers, verwanten of uw rijke buren, in de verwachting dat zij u op hun beurt zullen uitnodigen om iets terug te doen. Wanneer u mensen ontvangt, nodig dan armen, kreupelen, verlamden en blinden uit. Dan zult u gelukkig zijn, zij kunnen voor u dan wel niets terugdoen, maar u zult ervoor beloond worden bij de opstanding van de rechtvaardigen (Lukas 14:12-14).

Dus mensen waar je ‘niks aan hebt’. Voor je gevoel op dat moment alleen maar energie kosten en niks opleveren. Terwijl ze Gods zegen in vermomming kunnen zijn, als je oplet. In Prediker 9:15 praat God over een stad die verwoest werd, terwijl er een man was die met zijn wijsheid de stad had kunnen redden – alleen niemand schonk aandacht aan hem, omdat hij te onbeduidend was. Zulke mensen zijn er ook in jouw leven. Mensen die je kerk, huwelijk, opvoeding, bedrijf, hart kunnen beschermen en redden – als je die onwaarschijnlijke rare wijsheid maar opzoekt en uitnodigt in je leven. De onverwachte lessen van daklozen, mensen met beperkingen, uit vreemd culturen, zijn eindeloos en onbetaalbaar en helemaal God Die tot je spreekt.

In ‘de minste van onze broeders’ zit Jezus. Te midden van allerlei blunders, dranklucht, veel te schuine moppen, handicaps en huilbuien, struikelen en ploeteren, kan Jezus Zich ineens door ze heen openbaren. En wat we voor hen wel of niet doen, doen we wel of niet voor Jezus:

Alles wat jullie (niet) gedaan hebben voor een van de onaanzienlijksten van Mijn broeders of zusters, dat hebben jullie (niet) voor Mij gedaan (Mattheüs 25:40 en 45).

Dus die zieke is Jezus. Die vluchteling is Jezus. Hoe je die gast ontvangt die nieuw is, net is komen verhuizen, zo ontvang je Jezus. Wie u ontvangt, die ontvangt Mij (Mat. 10:40).

Mensen waar je wat voor terugkrijgt, met wie je je kan identificeren, dezelfde ‘taal’ spreekt, dezelfde humor hebt – NATUURLIJK mag je die ook zien, spreken, ‘groeten’. Dat is een onmisbaar onderdeel van gemeente-zijn. Al die gezelligheid is een speciaal cadeau van God is voor jou om je te helpen in je geloof, emoties en ontwikkeling. Maar vergeet terwijl je daarvan geniet, niet om speciale aandacht te hebben voor mensen met wie je misschien niks gemeenschappelijks hebt. Die mensen, de ‘niet-je-broeders’, die moet je speciaal groeten.

Mis Jezus niet deze zondag!

OM TE BESPREKEN:
Ben je wel eens ergens nieuw geweest? Wat liet je daar wel of niet thuis voelen?
Welke mensen zijn nou echt jouw ‘niet-je-broeder’? En wat kan je doen om hen te ‘groeten’?

ALS JE VERDER WIL LEZEN:
Jak. 2:1-9 en 4:17