Jaag naar de liefde en streef naar de gaven van de Geest.
(1 Korinthe 14:1)
God zegt tegen ons: streef naar de gaven van de Geest. Het woord ‘streef’ is in het Grieks ‘zelos’. Dit was een fonetisch woord: een woord dat het geluid van iets moet voorstellen dat het beschrijft, in dit geval water dat overkookt. Het is dus de Griekse versie van blub-blub. (Grieks water kookte vroeger wat anders dan nu blijkbaar, zelozelozelozelos i.p.v. blublublublub). Het wil dus zeggen dat je zo over moet koken van verlangen naar meer van Gods Geest, dat ze een pot water op je hart kunnen laten koken!
God geeft elke gelovige dus de opdracht hiernaar te verlangen. Het is geen overbodige luxe. Om de onmogelijke opdracht (heilig leven & alle volken discipelen, zie Dag 8) toch te vervullen, kunnen we ons niet veroorloven iets te missen wat God te bieden heeft! Als we geen dorst hebben naar meer van Gods Geest, beseffen we niet hoe onmogelijk het is wat God van ons vraagt.
Jezus zegt tegen Zijn discipelen dat ze kracht zullen ontvangen als de Heilige Geest over ze komt (Hand. 1:8). En dat hadden ze flink nodig. Voordat de Heilige Geest kwam, zaten ze bang in een kamertje met de deur op slot, uit angst om gepakt te worden. Nadat de Geest kwam (met Pinksteren, na 10 dagen bidden), stormden ze naar buiten en spraken ze iedereen aan: ‘Júllie hebben je eigen Messias gekruisigd’. Wat een transformatie! Prompt kwamen 3000 mensen tot geloof.
Eén van de discipelen heette Simon – die naam betekent ‘riet’. En Jezus zei dat hij, als de Geest eenmaal over hem zou komen, Petrus zou gaan heten – die naam betekent ‘rots’. Een riet beweegt met de wind mee, maar een rots blijft onbeweeglijk staan, hoe hard het ook stormt. Dat is de verandering die God in jou en mij wil brengen door ons te vullen met de Heilige Geest. Van meewaaien naar standvastigheid!
Als er geen kracht van God is, zijn we vaak bang en zwak en komen er weinig mensen tot geloof. Maar als God ons vult met Zijn Geest, worden we onverklaarbaar vrijmoedig, gebeuren er wonderen, en blijven christenen bemoedigd om door te gaan én krijgen ongelovigen een veel grotere kans om tot geloof te komen. Wel of geen Geest in je leven scheelt dus enorm in het aantal mensen waar God zo van houdt, dat gered zal worden van het komende oordeel. Vanwege liefde, willen we kracht. Omdat we ‘jagen naar de liefde’, ‘streven we naar de gaven van de Geest’!
Dat God ons zegt ernaar te ‘streven’, betekent dus ook meteen dat het niet persé vaststaat: ik heb deze gave, en in deze mate, en zo moet het dan maar blijven. Als God opdracht geeft om te streven (ons uit te strekken), bedoelt Hij dus ook, dat dat streven en uitstrekken verschil zal maken! Dus iets wat je niet hebt, of nog niet zo sterk is, kan je wel krijgen, kan sterker worden – als je God erom vraagt!
Vraag, ontvang en geloof!
Nogmaals die uitspraak van Jezus: Daarom zeg ik jullie: vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. Want wie vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan. Welke vader onder jullie zou zijn kind, als het om een vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven? Of een schorpioen, als het om een ei vraagt? Als jullie dus, ook al zijn jullie slecht, je kinderen al goede gaven schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie hem erom vragen (Lukas 11:9-13).
OM TE BESPREKEN:
Streef jij naar meer van de Geest? Of vind je het diep van binnen eigenlijk niet echt nodig? Hoe komt dat?
Geloof je dat God je meer wil geven?
ALS JE VERDER WIL LEZEN:
1 Kor. 1:7, 12:1-11, Nu. 12:16-25, 2 Kon. 2:9-14, Ef. 5:18-19