Doneren

Dag 10- Beter hoer dan Farizeeër

Daarom zeg Ik je: haar zonden zijn haar vergeven, al waren het er vele, want ze heeft veel liefde betoond; maar wie weinig wordt vergeven, betoont ook weinig liefde.
(Lukas 7:47)

In Lukas 7:36-50 zien we twee soorten mensen: de Farizeeërs en de hoeren (of ‘zondaressen’).

De Farizeeër hierboven was trots op zijn eigen geestelijke prestaties. Hij dacht dat hem nauwelijks iets te vergeven viel. Gevolg: geen kus voor Jezus! Jezus’ voeten werden niet gewassen, geen zalf voor Zijn hoofd. De Farizeeër deed niks voor Hem. Geen ‘vruchten van bekering’, geen ‘werken van geloof’, geen ijver om Gods wil te doen.

Maar een berouwvolle zondige vrouw glipte naar binnen en begon al die dingen wel te doen. Ze besefte dat Jezus’ genade haar redding was. Zijn vergeving betekende alles, redding voor eeuwig, niks anders was meer belangrijk. Als je beseft hoeveel je aan iemand te danken hebt, word je klein en begint er een vuur te branden om die persoon te danken, te eren en te zegenen. Dankbaarheid is vuur!

Als we beseffen hoeveel ons is vergeven, zullen we veel liefde laten zien. Veel genadebesef = veel liefde! En die liefde uit zich in concrete acties: kussen, wassen en zalven. Rennen en vliegen voor de Heer! ADHD (Altijd De Heer Dienen)! Wees altijd overvloedig in het werk van de Heer (1 Kor. 15:58). Niet om liefde te verdienen, nee, maar uit dankbaarheid dat we die liefde onverdiend al hébben gekregen.

Maar iemand die denkt dat ‘m niks te vergeven valt, zal ook niet vooruit te branden zijn om al die dingen te doen. Geen kus voor Jezus!

De Farizeeër was nog twee stappen verwijderd van die dankbaarheid, die liefde die nodig is om het eerste en grote Gebod te vervullen. Hij had nog geen zondebesef, essentieel om te komen tot genadebesef. De ‘zondige vrouw’ was al één stap dichterbij: ze had aan alle kanten al gehoord en begrepen hoe zondig ze was. Zij hoefde alleen nog maar te horen en geloven: “Je zonden zijn je vergeven”. (Of misschien had ze dit al eerder gehoord van Jezus, waardoor haar dankbaarheid al zichtbaar was, en bevestigt Jezus dit hier gewoon nog een keer).

Heel belangrijk: in Ezechiël 13:22 beschrijft God valse profetie als volgt:

Jullie jagen met je leugens onschuldige mensen angst aan terwijl Ik tegen hen geen kwaad in de zin heb, en jullie moedige schuldige mensen aan en verhinderen dat zij tot inkeer komen en zo hun leven redden.

Je bent dus een valse profeet als je Farizeeërs of anderen die denken dat ze geen zondaars zijn verteld dat het tussen hen en God allemaal wel goed zit. En ook als je schuldbewuste mensen vertelt dat God boos op ze is.

Iemand die geen berouw heeft over zijn of haar zonde, mag je niet misleiden door te zeggen: alles oké! Je mag ze wel vertellen dat God belooft ze te vergeven, als ze zich vernederen en zich bekeren. Dat is zelfs essentieel, want zonder hoop op genade is zal niemand zich kwetsbaar opstellen. Maar laat ze niet rechtop hun fiets zitten en juichen, terwijl ze nog niet over de finishlijn zijn gefietst en het jagende peloton hen op de hielen zit.

Een genadepreek voor iemand die niet schuldbewust is, zal niet veel effect hebben, en deze mensen zelfs versterken in het doorgaan in hun verkeerde weg. De vele vrijzinnige en evangelische (maar soms ook traditionele) kerken en bijeenkomsten waar gesproken wordt over genade en liefde zónder oproep tot bekering en heiliging, hebben hier soms veel van weg. Moedigen we op deze manier ‘schuldige mensen aan en verhinderen we ze dat ze tot inkeer komen en zo hun leven redden’?

En nét zo belangrijk: iemand die zich wel schuldig voelt, moet je niet nog eens een keer de grond in trappen. De vele traditionelere (maar soms ook evangelische) kerken waar een volle kerkzaal wordt voorgehouden dat slechts enkelen van hen uitverkoren zullen zijn, of waar je Gods genade met hard werken of je tienden geven zelf moet verdienen, hebben híer dan weer veel van weg. ‘Jagen’ we hier ‘onschuldige mensen met leugens angst aan, terwijl God geen kwaad tegen hen in de zin heeft’ op deze manier?

OM TE BESPREKEN:
Waar herken je je meer in: in de Farizeeër of in de zondares?
Brandt in jou het vuur van dankbaarheid? Zo niet, wat van wat hierboven beschreven is kan een blokkade zijn?
En hoe zit het met de mensen in je omgeving?
Bid God dat het je lukt onderscheid te maken tussen beide soorten mensen. En nooit het ene ten koste van het andere over te brengen.

ALS JE VERDER WIL LEZEN:
Gen. 47:25, 2 Sam. 19:28